Hoera. Plato geeft ons een nieuw thema om onze tanden in te zetten. De WE is terug.
Er is een gezegde: “Toen pissen plassen werd is het gezeik begonnen”. Daar zal ik niet over oordelen. Wel weet ik dat er heel wat komt kijken bij onze fysieke waterhuishouding. Het is een hoop geëmmer. Niets is meer vanzelfsprekend als je blaas na zeven jaren trammelant zijn laatste taptoe heeft geblazen. Hoe knap ze het ook bedacht hebben, in de praktijk is het na de Bricker ingreep toch best een ongemakkelijk gedoe.
Je weet ineens wat ze bedoelen met zakkies plakken en je kunt je zomaar aansluiten bij andere stomaatjes op het wereldwijde web. Het is een grote gezellige club met lotgenoten die met hun vragen bij elkaar terecht kunnen. Antwoorden zijn er helaas niet altijd.
Natuurlijk mag ik niet klagen. Het is een prachtige en knappe operatie als er blaaskanker is geconstateerd. Verder mag je dan niet te veel mauwen. Wij leerden in de jaren 60 al dat er veel ergere dingen in de wereld waren. Als je pijn had of klaagde moest je dáár maar aan denken.
Bovendien was het anderhalf jaar geleden de enige optie. Ik dacht echt nog dat ik mijn kop in het zand kon steken, maar nee dat mocht maar heel even. Dan maar de dood of de gladiolen. Geen gladiool gezien trouwens.
Maar lieve blogmaatjes. Vandaag zal ik er niet langer over zeuren. Plato heeft me slechts 300 woorden gegeven. En daar dien ik mij strikt aan te houden.
We gaan binnenkort de mening van de nefroloog aanhoren en kijken wat de vooruitzichten zijn. Want mijn beide nieren hebben ook wat fikse opdonders gekregen. Gaan we de goede kant op of niet? Duim voor de zekerheid maar voor me. Dan ben ik jullie eeuwig dankbaar.
Kijk bij Plato voor de andere verhalen.